«Een slot nodigt uit om geopend te worden, maar dat lukt niet zonder sleutel. Het sleutelgat had trouwens wel een ongewone vorm. Fien keek om zich heen. Stel je voor dat die sleutel hier ergens op de grond lag. Een roestige spijker in het plafond. Dat zou een mooi plaatsje zijn om een sleutel aan op te hangen. Te gemakkelijk, dacht ze bij zichzelf en ze keek opnieuw even naar het schilderij.
Plots hield Fien haar adem in. Het schaaltje met noten, dat ze dát daarnet niet opgemerkt had.
Tussen de noten lag… een sleutel. Het was een klein bronzen ding en had een ongewone vorm. Het leek op een vierkant kruis…
'Zou dat de sleutel zijn die in het sleutelgat van de plank past?' vroeg Fien zich af.»
Dik tegen hun zin verhuizen Fien en haar oudere broer Steven naar het huis van hun grootouders. Terwijl ze nog volop aan het uitpakken zijn, vindt Fien op zolder een sleutelgat in de vloer. Dat is op zijn minst vreemd. Uiteindelijk slaagt het duo erin het slot te openen. Ze komen terecht in een magische wereld en ontmoeten hun voorouders. Op hun familie rust een vloek. Het is aan de kinderen om die op te heffen, of ze zullen nooit meer kunnen terugkeren naar hun tijd en hun leven. Erger nog, als ze de bezwering niet tenietdoen, zullen ze zelfs nooit hebben bestaan!
ISBN 978 90 223 2368 7
Dik tegen hun zin verhuizen Fien en haar oudere broer Steven naar het huis van hun grootouders. Terwijl ze nog volop aan het uitpakken zijn, vindt Fien op zolder een sleutelgat in de vloer. Dat is op zijn minst vreemd. Uiteindelijk slaagt het duo erin het slot te openen. Ze komen terecht in een magische wereld en ontmoeten hun voorouders. Op hun familie rust een vloek. Het is aan de kinderen om die op te heffen, of ze zullen nooit meer kunnen terugkeren naar hun tijd en hun leven. Erger nog, als ze de bezwering niet tenietdoen, zullen ze zelfs nooit hebben bestaan!
ISBN 978 90 223 2368 7